Het waarschijnlijke
gebrek aan aandacht voor de negatieve effecten, voor zover die enigszins bekend
hadden kunnen zijn, van de aardgaswinning voor de Groningers, is van dezelfde
orde als het gebrek aan aandacht voor de negatieve effecten van de door de
overheid bevorderde en gefaciliteerde massa-immigratie van de afgelopen halve
eeuw.
Het houdt een gebrek in van aandacht voor datgene waaraan men iets
onttrekt.
Dat gebrek lijkt opgekomen in de zestiger jaren op de golven van een
hervonden ik-gericht hedonisme dat geen enkel oog heeft voor haar schadelijke
gevolgen en dat vervolgens heeft kunnen voortwoekeren als gevolg van het
ontbreken van een kritische cultuur in plaats van de zelfbevestigende en
conformistische cultuur die hier gold en nog steeds geldt. Eén van de droevige
gevolgen van deze mentaliteit is, dat nu, 13 januari 2015, een immigrante, Ebru
Umar, in de Metro als repliek op de opvattingen van Dhr Aboutaleb moet
schrijven dat Nederland vol is. Sedert een soortgelijke opmerking van Dhr.
Janmaat een goed eind terug in de vorige eeuw lijkt het besef van volte amper
veranderd en dat zegt iets over het deerniswekkende bewustzijn van de bewoners
van dit land, althans van een groot deel van hen. Als men dus het woord samen
bezigt dan is mijn eerste vraag altijd “Samen met wie?”. En dat is in beginsel
een retorische vraag geworden.