donderdag 4 juni 2015

a. 2639 2015 Waar kunst is

Net zoals wij hopen dat er iets wezenlijks is dat ons drijft, terwijl het toch van ons is, zo ook hopen we dat er iets schuilt in dat wat wij kunst noemen, dat vooraf gaat aan elke ervaring, die er het gevolg van is. Maar dit is onmeetbaar, eerder navoelbaar.
Niet elk kunstwerk, dat al
kunstwerk genoemd moet worden alvorens we te weten zijn gekomen wat dat nu precies behelst, en niet elke muzische, literaire of theatrale handeling herbergen op dezelfde manier dit parelende geheim, dat evenmin in gelijke mate toegankelijk is. Immers de perceptie van iets van wat wij kunst noemen veronderstelt een gevoeligheid die niet iedereen in gelijke mate bezit; het is een kwestie van afstemming en van een ontwikkeling van het sensorisch vermogen van de mens, dat nu eenmaal niet zo een twee drie voorhanden is, afhankelijk als het is van aanvankelijke maar moeilijk kenbare capaciteiten van de mens en zijn mogelijkheden of onmogelijkheden om die te benutten. Dit sensorisch vermogen overigens, kan ook zich ook vernauwen, in de vergetelheid raken of simpelweg verdrongen worden. Niets immers van wat de mens vermag, is blijvend voorhanden. Alles wat wij ondernemen wordt belaagd of holt zichzelf uit. Vandaar dat hij voortdurend zijn vermogens moet activeren om niet de draad kwijt te raken of om de draad juist wel kwijt te raken want soms betekent immers iets verliezen iets vinden, ja mogelijk zelfs iets terugvinden. Dat is des te moeilijker waar niet zo duidelijk is wat nu precies die draad is, dus waar men niet precies weet wat te vinden of wat te verliezen. In dat wat wij kunst zouden kunnen noemen openbaart zich het vraagteken, hoe expliciet kunst, muziek, geschreven tekst of theater zich ook lijken te manifesteren. Het is ook niet elke kunstenaar in gelijke mate gegeven zich in dienst te stellen van dit vraagteken. Niet ieder mens is bestand tegen een vragend leven, bevestigend wezen als hij is. En wie is in staat om blijvend wees te zijn?

Waarde van wat wij kunst zouden kunnen noemen is dus niet apriori gegeven of vast te stellen, ze is eerder iets dat zich verhult en zich ook niet expliciet en volkomen zeker in de ervaring toont. Waar zich dus iets verhult dat onze zinnen beroert, daar zouden wij misschien van iets kunnen spreken dat later kunst genoemd kan worden. Maar het noemen van die naam alleen al is een gebaar van de mens die poogt alleen al door het geven van een naam, iets dat hij niet vat, zich op de een of andere manier toe te eigenen. Iets dat kunst genoemd kan worden laat zich echter hoogstens benaderen. En ook weer niet in gelijke mate. Maar een vaste en door iedereen gedeelde of gekende maat, die ontbreekt ons.